Winterbivak 2019

Het weer in de aanloop naar het weekend deed ons dromen van een echte winterbivak, met sneeuw en knapperige koude. Maar naarmate zaterdag naderde, smolt de sneeuw, en kwam er een regenfront aan.  Een beetje spijtig, al is het natuurlijk gemakkelijk als je water hebt om te varen, en geen ijs…

We vertrekken op de Aakvlaai bij Hank. Het is al vertrouwd: behalve Mich is iedereen al een of meerdere keren mee geweest. We nemen zo veel mogelijk de kleinere vaarwaters, dat vertraagt ons een beetje, maar zo hebben we geen last van de wind.

Over het Spijkerboor, via het Middenste gat van het zand en het Steurgat gaan we naar de Ruigt en de Bevert, om na het Gat van de Noorderklip op de Rietplaat te arriveren. In de Biesbosch heeft iedere 500 meter water een andere naam…  Lunchtijd.  De visser die we tegenkwamen wilde ons geen beest verkopen, dus zijn het de verplichte wraps.  Na the Circumnavigation of the Rietplaat duiken we de kreken bij de Noordplaat in. Enkele zwanen liggen te rusten, en zijn ernstig verstoord als wij er langs willen. Na ’gebombardeerd’ te worden door een vrouwtjes zwaan en Luc die wordt aangevallen door een kamikazezwaan genieten we een tijdje van een gezin zeearenden.  Kort erna rammen we de eerste ijsplaten.    Even overleg wat we nog gaan doen, maar we besluiten om naar onze bivakplek te varen. Het is nog licht als we bij ‘Jolanda’ aankomen.  Ook daar moeten we ijsbreker spelen voor we aan land kunnen. Na veel vijven en zessen staan we allen op het droge.  Kleine voorverkenning van de plek, en Alex en Manuel storen per ongeluk een hertenkalf dat verscholen zat in het riet.  Dat is verschieten! Voor alledrie.

Kokkerellen, keuvelen, kampvuur, … niet alles loopt gesmeerd, er is een bedorven vlezeke mee, en een moeilijke BBQ, maar iedereen kan in ieder geval toch meer dan genoeg eten. En drinken. We gaan op tijd naar bed, maar ik lig werkelijk nog uren wakker. Ik had een kopje van Manuel zijn koffie gedronken, deed deugd en was heel lekker, maar wie zijn koffie kent, weet dat mijn slapeloosheid misschien wel daaraan ligt…

In de nacht hoor ik het weer veranderen van regen, naar wind, nog meer regen. Maar tegen de ochtend komt alles goed.  We kunnen droog opruimen, en het begint pas opnieuw te regenen als we vertrekken. Het ijs bij onze bivak is weg. Ook nu varen we veel off-road, kleine kronkelbeekjes. Als we op ‘Keesje Killeke’ arriveren is er plots vlagerige wind, en hij draait ook, waait nu uit NW. De malse regen in ons gezicht voelt direct heel anders aan. We ruiken de stal, en varen richting Aakvlaai. We beslissen om ook nog eens het stukje vlak bij de parking te verkennen.  Dat hebben we eigenlijk nog nooit gedaan, hoewel je daar ook wel wat kunt rondvaren. De bevers hebben hier serieuze werken gedaan, verse knaagsporen overal.

Het is niet al te laat als we aan de steiger aankomen, inladen, nog een koffie, en op een redelijk uur thuis om de boel een beetje op te ruimen nog.

Iedereen heeft ervan genoten, even echt ‘eruit’, geen grootse dingen, maar buiten zijn, in de natuur, goed gezelschap, een beetje wild leven spotten, … het is altijd weer voor herhaling vatbaar.

Met Katrien, Alex, Mich, Manuel, Jo en Luc.